Franse kaartenmakers bestaan 80 jaar
Wie regelmatig in de Franse bergen wandelt, kent ongetwijfeld de wandelkaarten van het Institut Geographique National. In 2020 bestaat het instituut tachtig jaar, daarom een korte terugblik op de geschiedenis van de Franse kaartenmakers.
Eerste jaren in de oorlog
Het instituut werd in 1940 opgericht als opvolger van de cartografische afdeling van het Franse leger. Met het nieuwe instituut moest worden voorkomen dat er gevoelig kaartmateriaal in vijandelijke handen zou vallen. Dat lukte niet, maar het instituut kon blijven bestaan. In oorlogs- en bezettingstijd richtte het instituut een school voor cartografen op. In diezelfde tijd ging het instituut ook door met het maken van gedetailleerde kaarten van Frankrijk. In oorlogstijd een gevoelige taak. Verschillende medewerkers van het IGN hadden contacten binnen het Franse verzet, waardoor belangrijke topografische gegevens hun weg naar de geallieerden vonden. In 1945 werd ook de militaire geografische dienst opgericht, die samenwerkt met de verschillende cartografische diensten van de geallieerde mogendheden. De dienst leverde toen al een enorme productie van meer dan drie miljoen kaarten!
De lucht in
Na de oorlog ging de ontwikkeling van het IGN echt van start. Oude bommenwerpers van de Amerikaanse luchtmacht werden omgebouwd tot foto-vliegtuigen zodat ze konden helpen bij het in kaart brengen van Frankrijk. Tegelijk werd op veel plekken nog gewerkt met vaste positiemarkeringen. De IGN brengt in deze tijd de eerste stafkaarten met de schaal 1:50.000 uit.
Al snel volgt in de jaren 50 ook een kaart op de schaal 1:25.000, het Mont Blancmassief wordt zelfs in kaart gebracht op een schaal van 1:10.000. In de jaren 60 komt er ook een gedetailleerde kaart van het bos bij Fontainebleau, nu bekend van de vele boulderroutes. In dat decennium gaan de kaartenmakers niet alleen de lucht in, maar ook onder de grond. In de grotten van Lascaux brengen ze met foto’s alle prehistorische wandschilderingen in kaart.
In een documentaire uit de jaren 50 worden de werkzaamheden van de IGN toegelicht:
Voor wandelaars
In de jaren 70 wordt de commerciële tak van de IGN opgericht. Het instituut gaat kaarten maken voor de markt. De eerste kaarten zijn nog geen stafkaarten, maar kaarten op grote schaal: 1:250.000 en 1:100.000 die vooral worden aangeprezen als handige kaarten voor fietsers en automobilisten.
Dankzij de voortschrijdende techniek worden kaarten gedetailleerder en nauwkeuriger, waarbij de kaartenmakers van IGN steeds vaker geholpen worden door satellieten. In 1990 vestigt IGN een wereldrecord met de grootste kaart van Frankrijk ooit, die op de vloer van het Gare de l’Est in Parijs wordt gedrukt. IGN wordt ook geëerd met een postzegel.
Online
De activiteiten van IGN zin inmiddels breed. De kaartenmakers zijn betrokken bij defensie, ruimtevaart, meteorologie, maar blijven ook betrokken bij het maken van de ‘ouderwetse’ wandelkaarten. Die worden kaarten niet alleen meer van papier gemaakt, maar ook digitaal. In 2005 worden de Franse wandelkaarten op DVD uitgebracht. De techniek wordt volop meegenomen. Wandelaars nemen steeds vaker een smartphone mee en dus zorgt IGN ervoor dat de kaarten ook voor smartphones geschikt worden. Ook online zijn er inmiddels veel kaarten beschikbaar onder de noemer IGNrando’.