Maandag 16 juli, in de verte hoor ik stemmen en lawaai. Het is erg ver weg. Ik registreer nog niets. Ik zweef in een witte leegte met vage omtrekken van schimmen die wat rondscharrelen. Het geschuifel zwelt aan en toch word ik niet wakker. Veel later. Plotseling hoor ik een harde stem en tegen mijn matras op de grond wordt geschopt. Niet veel later zijn mijn voeten aan de beurt.