De eerste beklimming van de Lhotse
Op 18 mei 1956 stonden de Zwitsers Ernst Reiss en Fritz Luchsinger als eerste mensen op de top van de Lhotse, de op vier na hoogste berg ter wereld. De klim was onderdeel van een expeditie die de top van de Everest en die van de Lhotse moest bereiken. De Lhotse was een van de laatste hoge pieken die wel een naam hadden, maar nog nooit beklommen waren.
Eind januari 1956 vertrok de expeditie vanuit Zwitserland. Per vliegtuig ging het naar Bombay en vanuit daar met de trein verder. Al het materiaal voor de expeditie ging mee, behalve de zuurstofflessen, die pas in februari geleverd konden worden. Vanaf het laatste treinstation ging de expeditie lopend naar de voet van de Everest. Het basiskamp werd begin april gevestigd, de rest van de maand waren de klimmers bezig met het inrichten van de volgende kampen.
Op weg naar de top
In de eerste weken van mei wist het team goede vooruitgang te boeken. Maar rondom tien mei begon het noodlot toe te slaan. Het weer werd slechter, zo slecht zelfs, dat de expeditie zich een heel eind terug moest trekken, tot bijna in heb basiskamp. Toen de zon enkele dagen later weer doorbrak, werd de expeditie weer hervat. Daarbij moesten de klimmers zich door dikke lagen sneeuw heen werken. Ondanks de sneeuw wisten de klimmers tot kamp 6 te komen.
Op 18 mei kwamen Reiss en Luchsinger in het zicht van de verrekijkers die vanaf de lagere kampen op de top gericht werden. De mannen moesten tegen harde wind in lopen en hadden te maken met een steile en ijzige helling. Terwijl ze vanuit de lagere kampen werden gadegeslagen, bereikten Reiss en Luchsinger de top van de Lhotse om 14.50 uur.
Lhotse-Middle
Andere subtoppen van de Lhotse zouden pas later beklommen worden. De Lhotse-Middle zou zelfs tot 2001 niet door mensen bereikt worden. Daarmee was die top een van de laatste hoge toppen die wel een naam had, maar nog niet beklommen was.
Meer verhalen over eerste beklimmingen lees je hier