Wielrennen in de bergen met begeleiding van een auto

Fietsen in de bergen is een geweldige uitdaging. Er wordt veel gevraagd van je uithoudingsvermogen en beenspieren. Tegelijkertijd is het opletten geblazen, aangezien een haarspeldbocht opeens kan opdoemen en je altijd te maken hebt met tegenliggers. Toch wil je ook proberen om zoveel mogelijk van het uitzicht te genieten én soms zo snel mogelijk te rijden. Veel om te doen en in de gaten te houden op je wielrenfiets. Wat als je nou een beetje hulp zou hebben doordat een ander meerijdt met de auto? Wat is jouw voordeel en waar moet de bestuurder rekening mee houden?

Hulp bij de eerste rit

Als je een bergbeklimming voor de eerste keer gaat doen is het verstandig een auto mee te laten rijden. Aangezien je misschien vaker zult moeten pauzeren dan normaal is het ook nog eens gezellig om een bekende bij je in de buurt te hebben. Voor degene die meerijdt kan het misschien soms een beetje saai zijn, maar als het resultaat bereikt wordt - het halen van de top - zal ook hij of zij een euforisch gevoel ervaren. Voor de weg terug kun je de afdaling zelf maken of ervoor kiezen om bij deze persoon in de auto plaats te nemen en de fiets achterop te plaatsen. Al is de afdaling onderdeel van de klim en is de euforie compleet als je ook deze doet.

Auto mee als pakezel

Natuurlijk kan de meerijdende auto van alles voor je meenemen. Een belangrijk aspect dat niet vergeten dient te worden is dat de afdaling altijd frisser is dan de klim. Het is dus belangrijk warme kleding aan te kunnen trekken en een goede uitrusting mee te nemen. Ook scheelt het natuurlijk bagage, en daarmee inspanning, als de bestuurder de spullen voor je meebrengt. Uiteraard ook voeding en voldoende water kunnen zo vervoerd worden.

Wielrennen in de bergen

Ook al heb je hulp in de vorm van de meerijder, nog steeds komt het op jou aan. Belangrijk is de juiste training vooraf. In de bergen fietsen is een heel ander verhaal dan in het vlakke Nederland. Zorg voor een goede training en ga niet te gretig van start. Ook al ben je nog zo goed getraind, de benen gaan sowieso zeer doen. In de bergen wielrennen vraagt veel van je. Tot de top. Elke bocht is een stukje dichterbij. Tijd voor de afdeling? Zorg ervoor dat je perfect werkende remblokjes hebt. Die zijn van levensbelang. Heb je reservespullen? Neem deze dan mee in de auto. Waar je op de autoverzekering wel kunt besparen en de goedkoopste autoverzekering niet het meest slechte idee is. Is het van levensbelang om kwalitatief goede, en dus soms duurdere, materialen voor de fiets aan te schaffen. Laat de bestuurder al je gear meenemen. Zorg er ook voor dat als jullie naar het buitenland rijden, de auto een buitenlanddekking heeft. Zodat jullie bij pech ook de beste hulp krijgen. Want niet alleen met de fiets, maar ook met de auto kan er iets gebeuren.

Autorijden in de bergen

Als meerijder rijd je, voor een auto, (erg) langzaam. Om aan te geven dat andere auto's die zich achter je ophouden jou kunnen inhalen (indien mogelijk), kun je jouw knipperlicht naar rechts aangeven zodat men weet dat ze kunnen inhalen. Is inhalen geen optie, versnel dan en laat de auto inhalen waar dat wel mogelijk is. Wacht daar dan op de wielrenner die je volgt. Wat als je als meerijder een tegenligger tegenkomt? De regel is dat stijgend verkeer voorrang heeft op het dalende verkeer. Nu zijn er ook wel eens iets complexere situaties en dan geldt vooral: de auto die het makkelijkste uit kan wijken, dient uit te wijken. Waar je verder op moet letten bij het autorijden in de bergen is dat de motor makkelijker oververhit kan raken dan wanneer je op een vlakke weg rijdt. Het is daarom belangrijk om later naar een hogere versnelling te schakelen. Mocht de motor toch gaan ruiken dan kan er iets mis. Neem dan even pauze, controleer de motor en geef deze even wat rust.