Rondwandeling nabij het Gjendemeer in Noorwegen

Onze jaarlijkse bergwandeltocht is vroeger gepland dan andere jaren. Midden augustus zou het weer stabieler zijn in Noorwegen dan in september. Op zondag 12 augustus vliegen we naar Oslo Gardermoen en met een huurauto rijden we naar Gjendesheim aan de oostkant van het Gjendemeer. Hier hebben we een vijf daagse wandeltocht gepland met als een van de hoogtepunten de wandeling over de Bessengen.

Als we in Noorwegen zijn aangekomen zien we een strak blauwe lucht. Het slechte weer van de afgelopen tijd heeft speciaal voor ons plaats gemaakt voor enkele dagen droog en zonnig weer. Bij Gjendesheim aan het Gjendemeer (1000m) voegt Jos bij onze club en vroeg in de middag varen we naar de overkant van het meer naar Gjendebu. Een 18 km lange vaartocht waarbij de boot ook nog halverwege passagiers afzet bij Memurubu. Vanaf de steiger is het nog een paar honderd meter lopen naar de DNT hut Gjendebu. Ondanks dat we vandaag geen hoogtemeters in onze benen hebben, laten we ons het dure biertje buiten in de zon prima smaken. Jos woont al een lange tijd in Noorwegen en was onze gids tijdens de eerste bergwandeltocht negen jaar geleden. We maken dankbaar gebruik van hem door de kennis van de Noorse taal. Tijdens de avond maaltijd is het de gewoonte dat de kok vooraf het menu verbaal aan zijn gasten presenteert. Als we de vertaling aan Jos vragen hebben we ondertussen niet in de gaten dat de kok alles in het Engels herhaalt.

Na een rustige nacht en een fantastisch ontbijt gaan de rugzakken op om richting Olavsbu te wandelen. In zuidwestelijke richting lopen we tussen de bomen langs een wild stromende beek. De bomen zien er niet goed uit, alleen de stam en het bovenste puntje van de boom lijken nog te leven. We stijgen van 1000 naar 1400m en passeren de bergtoppen Gjendetunga (1516m) en Tungepiggan (1518m). Nu volgt nog een vrij vlak stuk richting noordwest door Rauddalen naar de onbemande hut Olavsbu op 1440m. We passeren vele heldere meren en tot onze verbazing vele sneeuwvelden. Staan we daar in onze korte broek en T-shirt sneeuw ballen te gooien. Bij Olavsbu aangekomen worden we door de toch nog aanwezige DNT gastvrouw doorverwezen naar de tweede hut omdat de hoofdhut al vol is. Een mooie zelfbedieningshut met alles erop en eraan. Alleen stromend water en bier ontbreken. Groot is dan ook de verrassing als ik een sixpack bier onder uit mijn rugzak vandaan tover. Even in de koelkast (in de sneeuw buiten) en genieten.

De volgende dag gaan we weer terug naar Olavsbu maar dan via een noordelijke route. We beginnen eerst met een klim naar Rauddals-bandet (1580m) om daarna alleen nog maar af te dalen. Na een paar kleine meren komen we bij het lang gerekte meer Langvatnet die we aan noordkant volgen. De kringen in het meer vertelt ons dat het licht regent. Zelf voelen we niets en na het meer volgen we de beek Storae richting Gjendebu. Het lawaai van de beek lokt ons van het pad om naar het kolkende water te kijken. Op het eind van deze tocht gaat het wolkendek open en zitten in het zonnetje op het terras. Deze nacht slapen we in een 8 persoons tipi. Door enkele matrassen op elkaar te stapelen kunnen ook onze rugzakken een plekje krijgen.

Als we uit te tipi kruipen is de lucht hemelsblauw. Vandaag gaat de tocht naar Memurubu dat halverwege aan de noordkant van het Gjendemeer ligt. De eerste twee kilometer is vlak en loopt vlak langs het Gjendemeer. Tot we bij Bukkelaegret zijn aangekomen, een steile klim van 480m. Vaak op handen en voeten en omhoog trekkend aan de stalen kettingen. Op dit stuk kreeg een van ons last van zijn langlopende blessure, een golfarm. Tot drie keer toe wilde hij omkeren maar alle keren wisten wij hem te stimuleren om verder te gaan. Boven werden we verrast op een kudde rendieren. Na 150m dalen en stijgen komen bij Sjugurdtinden. Een bergkam richting Memurubu met een prachtig uitzicht. Rechts in de diepte het blauwe Gjendemeer. Links in de diepte het kolkende water van de Muru die bij Memurubu het Gjendemeer in stroomt. Memurubu is een particuliere hut en vanwege de verwachte drukte heeft Jos voor ons van te voren gereserveerd. Als volleerd balie medewerker worden we ingeschreven door een jongen van nog geen tien jaar oud. Hij zorgde ervoor dat we toch weer een biertje dronken in de stralende zon. Onze kamer bestond uit twee stapelbedden, een slaapbank en een matras op de grond.

Aangezien het ontbijt niet eerder dan 8.00 uur wordt geserveerd kunnen pas tegen 9.00 uur beginnen aan de rondwandeling naar de Surtningssua (2368m). vijf uur stijgen en vijf uur dalen. In de hut wordt geadviseerd om de tocht rechtsom te lopen en niet linksom zoals wij zelf hadden gepland. Het gaat aardig stijl omhoog maar op 1400m hoogte wordt het nog heftiger. We hadden zelfs een stukje klettersteig met sneeuw en zonder staalkabels. Voor de gebruikelijke soep bij de lunch moeten we sneeuw smelten omdat we lange tijd geen stromend water zijn tegengekomen. Uiteindelijk komen we om 14.00 uur boven in een schuilhut op 2230m. Zoals vooraf afgesproken beginnen we om 14.00 uur met de afdaling maar achteraf hadden we die laatste 138m naar de top erbij kunnen nemen. Tijdens de afdaling passeren we een sneeuwveld schuin omlaag en mijn twee voorgangers glijden in ski houding op hun schoenen omlaag. Ik probeer het ook maar ga onderuit en moet de noodrem gebruiken om niet tegen een paar rotsblokken aan te glijden. Al snel komen we bij de beek Muru en er volgt een saaie afdaling naar Memurubu en nog net op tijd voor een snelle opfrisser voor binnen en buiten en het diner van 19.00 uur.

De laatste dag gaat over de Besseggen met als eindpunt Gjendesheim. Een bewolkte dag met kans op 0.3 mm regen. Eerst weer stevig klimmen richting het Bjomboltjonne meer naar een hoogte van 1560m. Van hieruit hebben we een mooi uitzicht op Bandet waar de klim over de Besseggen begint. Er vallen een paar druppels water uit de lucht en dat was de regen van vandaag. We dalen af naar Bandet op 1300m en staan links op gelijke hoogte met het groene meer Bessvatnet en rechts loodrecht in de diepte het blauwe Gjendemeer. Voor ons toornt de graat van Besseggen steil 350m de lucht in. Omhoog kijkend zien we de mensen steeds kleiner worden op een voor ons gevoel een zeer smalle en puntige graat. Eenmaal op de graat valt het allemaal wel mee maar voorzichtigheid blijft geboden. Het is erg druk in twee richtingen, het lijkt de Kalverstraat wel. Het hoogste punt op Veslfjellet (1743) wordt gemarkeerd met een enorme stapel stenen. Nu volgt alleen nog een lange afdaling naar Gjendesheim waar we wederom in de zon op het terras van de hut van een welverdiend biertje genieten. De hut is overvol maar we krijgen een plekje in hut “speiderhuset” die bestaat uit twee slaapruimtes van 18 personen.

De nacht en de volgende dag regent het pijpenstelen. Na het ontbijt nemen we afscheid van Jos en rijden via Liljehammer en Hamar naar het vliegveld Gardermoen bij Oslo. Een fantastische en unieke wandel week met voor Noorwegen schitterend weer. Enig minpuntje zijn de hoge prijzen maar dan heb je in de hutten wel een perfect ontbijt en diner.

Meer foto’s en andere reisverslagen.

Meer inspiratie

Landen en gebieden: 

Bergsport: 

Wil je weten hoe je spierpijn kunt voorkomen of verhelpen bij een huttentocht?

Lees hier wat steenmannetjes zijn en waar ze vandaan komen

Lees hier hoe jij jouw veldfles goed schoon houdt

Ben jij benieuwd hoe je makkelijk de winter doorkomt?