
Wandelen over de Pacific Crest Trail: dag 11 tot en met 14
26 mei, 2025 - 12:33 - Thomas van Roijen
Met verse energie vertrok ik in de late ochtend vanuit Paradise Valley Cafe richting de trail. Door de burrito ter grootte van een steak verliepen de eerste mijlen soepel, waardoor ik kon genieten van de omgeving. De trail loopt hier tussen huizenhoge rotsblokken door en is soms behoorlijk steil. Gelukkig waren er genoeg sparren om even in de schaduw te pauzeren.
Thomas wandelt in 2025 over de Pacific Crest Trail in het westen van de VS. een tocht van 4300 kilometer, van de grens met Mexico naar de grens met Canada. Op Bergwijzer en Wandelmagazine vertelt hij regelmatig (als het internet het toelaat) over zijn belevenissen onderweg. Hier lees je zijn verhaal over het hoe en waarom van zijn tocht. Het verslag van zijn avonturen op de trail lees je afwisselend hier en bij Wandelmagazine. Daar lees je op deze pagina meer over dag 8 tot en 11.
Ik liep ongeveer gelijk op met het groepje van Fruitloops, Emma en Jess, waardoor we elkaar regelmatig inhaalden. Persoonlijk vind ik dat zij als groep elkaar goed de ruimte geven. Ieder loopt in haar eigen tempo en ze zien elkaar weer tijdens pauzes, momenten dat ze aan gezelschap toe zijn en bij het opzetten van het kamp. Een mooi voorbeeld van het credo "hike your own hike". Dit gezegde werkt twee kanten op: enerzijds betekent het dat je vooral je eigen ding moet doen op de trail. Anderzijds betekent het dat je anderen de ruimte geeft om hun eigen ding te doen. Dé perfecte manier om een thru-hike te lopen bestaat namelijk niet. Alleen de manier die voor jou werkt, is degene die telt.
Tijdens mijn lunch onder twee gigantische rotsblokken at ik een halve breakfast burrito van het restaurant, ik had er namelijk nog eentje voor onderweg besteld. En dat was hard nodig: halverwege de middag ging de trail ontzettend steil omhoog en elk beetje klimmen was een behoorlijke klus. Ik liet de ene hoge bergrug achter voor de volgende nog hogere bergrug en vroeg me af waarom ik dit ook alweer deed. Een enkele blik op de adembenemende uitzichten in elke richting, gaf een duidelijk antwoord op die vraag. Aan de ene kant van de bergrug keek ik uit over weelderige beboste hellingen, terwijl ik aan de andere kant een diepe woestijnvallei in keek. Inmiddels bevond ik me meer dan 2000 meter boven zeeniveau.
Toen ik op adem kwam om een volgend stuk klimmen aan te pakken, kwam Backtrack aangelopen. "Man, this elevation gain has been a bitch", liet hij me droogjes weten. Ik kon hem alleen maar gelijk geven. Na een blik op het indrukwekkende uitzicht zei hij: "Toto, I don't think we're in Kansas anymore." Ook deze oneliner was een schot in de roos. Hij vervolgde zijn weg met de woorden: "Well, the trail awaits for no man!" Humor is een ontzettend effectief middel tegen zware momenten op de PCT, en Backtrack leek er een flinke dosis van tot zijn beschikking te hebben. Tijdens mijn geploeter naar boven kon ik nu even goed lachen om deze absurd steile sectie.
Eindelijk was daar dan het zijpad naar Cedar Spring. Bij deze bron wilde ik mijn watervoorraad aanvullen en mijn tent opzetten. Eerst nog even het kilometer lange, steile pad volgen. En niet te veel denken aan het roteind dat ik de volgende dag zou moeten klimmen om weer bij de PCT te komen. Beneden aangekomen waren er al zo'n 15 andere hikers die een plekje hadden bemachtigd op deze grote kampeerplaats met indrukwekkende oude ceders.

Gauw haalde ik water, zette mijn tent op en schoof mijn avondeten naar binnen. Tijdens mijn laatste happen viel de schemering in en zag ik de lichten van Palm Springs en Cathedral City de vallei omtoveren in een zee van licht. Omdat de meeste goede tentplaatsen al bezet waren, was mijn eigen schuine plekje niet al te best. Gelukkig was ik moe, dat zou me vast helpen.
De volgende ochtend merkte ik dat ik niet geweldig had geslapen. De wekker stond zoals gewoonlijk om 06:00 uur, maar ik was zowat twee uur verder toen ik mijn kamp had opgebroken en water had gefilterd. Alleen Backtrack was nog op de kampplaats. Hij had zijn been opengehaald aan een boomstronk, dus hij was de eerste minuten van zijn dag kwijt aan zijn been verbinden.
De pittige klim richting de trail was zoals verwacht steil, maar was met frisse benen in de ochtend goed te doen. Nu Backtrack en ik de steile klim vanaf de kampplaats achter de rug hadden, lag er een nieuwe steile klim op ons te wachten. De toon leek gezet voor de dag, maar gelukkig kwamen we tijdens de daaropvolgende afdaling door een sparrenbos ook aan praten toe. We daalden af naar de aansluiting van de ene bergrug op de andere. Dan raad je al wat er in het verschiet ligt: een steile etappe. Het bos dat ons eerder verkoeling bood, was hier helaas in vlammen opgegaan. Backtrack en ik liepen allebei in ons eigen tempo naar boven, dus ik kwam hem later weertegen toen hij aan het lunchen was. Hoewel lunch aanlokkelijk klonk, wilde ik dit stuk klimmen eerst achter de rug hebben. Er stond er later namelijk nog een klim op de planning.
Nadat ik laat had geluncht begon ik aan de etappe richting de hooggelegen Tahquitz Valley. De trail baant zich hier als het ware een weg langs de smalle bergkam naar boven. Om de steile hoogtemeters extra lastig te maken, was de trail bezaaid met omgevallen en omgezaagde bomen. Het was een pittige klus om langs de bergwand omhoog te klimmen en ik moest mezelf erg echt even toe zetten. Gelukkig werden de uitzichten alleen maar indrukwekkender. Ik voelde me nietig op deze ruige en steile bergwand, hoog boven de woestijn en ver weg van de bewoonde wereld.
Net na 18:00 uur ging ik dan eindelijk de laatste richel voor Tahquitz Valley over. Deze geïsoleerde vallei is ingeklemd tussen de hoogste pieken van de San Jacinto Mountains en ligt op een hoogte van 2400 meter. Het avondlicht en de fluitende vogels maakten de laatste mijlen door het bos van naaldbomen een magisch moment van rust. Her en der lagen flinke sneeuwvelden. Wat een verschil met het woestijnlandschap waarin ik me eerder bevond. Bij Tahquitz Creek vulde ik mijn watervoorraad aan en bij een kampplaats in de buurt zette ik mijn tent op bij de tenten van Paige, Fruitloops, Emma en Jess. Na een lange tocht was het fijn om even gezellig te kunnen praten over de indrukken van de dag.

De volgende ochtend en vroege middag liep ik tussen eeuwenoude sparren, dennen en ceders. Wat was het hier heerlijk stil. Er zaten een paar lange stukken van klimmen tussen, maar door de steile etappes van de afgelopen dagen, leek ik daar meer aan gewend te zijn. Zo laat de trail je stukje bij beetje wennen aan zwaardere omstandigheden. Bij een beekje besloot ik, na water te hebben gefilterd, een dutje te doen in de zon. Wat heerlijke manier om deze dag rustig op te starten.
Die rust had ik na de lunch hard nodig. Ik begon namelijk aan de afdaling naar een grote kampplaats op Fuller Ridge. Deze etappe was slechts zes kilometer lang, maar had een paar pittige delen. Zo was de grillige Fuller Ridge bezaaid met grote rotsblokken, waardoor de trail tijdens een afdaling verdacht veel venijnige klimmetjes maakt. Na dit geklauter kwam ik aan de noordkant van Fuller Ridge terecht. Hier kon ik dan eindelijk aan de 'echte' afdaling beginnen. Aangezien deze kant van de richel niet tot nauwelijks in aanraking komt met zonlicht, moest ik grote sneeuwvelden oversteken. Voorzichtig liep en gleed ik naar beneden en ging daarbij af en toe onderuit op de halfbevroren sneeuw. Vanwege mijn langzame tempo hield ik gelukkig geen blessures over aan mijn valpartijen. Uiteindelijk boog de trail met de richel mee richting het westen en had ik geen last meer van sneeuw.
Na zo'n drie uur afzien kwam ik dan eindelijk aan op de kampplaats. Er waren her en der ruim twintig hikers verspreid, waardoor ik tijdens het eten met een zestal anderen rond een picknicktafel zat. We zagen vooral de humor in van de beproeving die we aan het eind van de dag hadden moeten doorstaan en al snel hadden we grappige en levendige gesprekken. Ook hoorde ik het bijzondere verhaal van Biped. Hij vertelde me dat hij een uitzonderlijke aandoening had waardoor hij snel bloedproppen kreeg. Hij had al meerdere medicijnen en behandelingen geprobeerd, maar niks leek te helpen. Van zijn dokter kreeg hij te horen dat de kans aannemelijk is dat hij vanwege zijn aandoening over ruim tien jaar zijn benen moet laten amputeren. Nu hij nog kon lopen, wilde hij de PCT afleggen. Hij leek met volle teugen te genieten van zijn tijd op de trail.
Rond 07:00 uur de volgende ochtend stond ik weer op de trail. De ochtend en middag bestonden uit een afdaling van 1800 meter naar een kraan met bronwater in de woestijn. Deze tocht naar beneden is geleidelijk en goed te doen, maar duurt met 24 kilometer wel erg lang. Gelukkig was er aan het begin van de afdaling een beek waar ik voor de lange tocht water kon filteren. Op mijn weg naar beneden, zag ik het landschap om me heen langzaam veranderen. Het bos van naaldbomen waar ik in de vroege ochtend doorheen liep, kreeg steeds meer loofbomen en uiteindelijk waren struiken en kleurrijke bloemen de enige vegetatie die ik zag. Ondertussen werd het terrein rotsachtiger en zanderiger en was ook aan de temperatuur te merken dat ik door de woestijn liep.

Na de 200 mijlpaal te hebben gepasseerd, was ik dan eindelijk beneden aangekomen bij de kraan met bronwater. En maar goed ook, ik was namelijk net door mijn water heen. Samen met een hoop andere hikers kwam ik hier bij van de lange weg naar beneden en genoot van het koude water. Het was te warm om hier lang te blijven zitten, dus na een korte pauze besloot ik zo'n 6 kilometer verder te lopen richting de onderdoorgang bij de Interstate 10. Hier hoopte ik een rit richting de bewoonde wereld te regelen.
Op mijn weg door de woestijnvallei keek ik af en toe achterom naar de besneeuwde bergtop van Mount San Jacinto. Wat een wereld van verschil met waar ik me nu bevond. De paar kilometer door de woestijn waren vanwege keiharde rukwinden behoorlijk zwaar. Onder de Interstate 10 was het gelukkig windstil. Tussen alle namen van hikers die hier op de muren zijn geschreven, hing ook een kaartje met het nummer van trailangel Nitzy in het nabijgelegen Banning. Ik belde haar op en vroeg of ze een slaapplek voor me had. Dat had ze zeker en ze zou me over 20 minuten ophalen.
Toen ik langs een parallelweg langs de Interstate ging staan om opgepikt te worden, kwam ik Ed tegen. Hij had net een lift gehad om voorraad in te slaan, maar had nog geen slaapplek. Het zou vannacht gaan regenen, dus hij besloot ook naar Nitzy te gaan. Nitzy pikte ons op met een van haar honden op de achterbank en zette mij eerst af bij een supermarkt om voorraad te kopen voor de komende paar dagen. Ik ging snel door de winkel heen om Nitzy en Ed niet te lang te laten wachten. Na wat te eten te hebben gehaald bij de In-N-Out Burger kwamen we aan bij Nitzy. In haar achtertuin had ze een heuse oase opgezet voor hikers. Weer voelde ik me ontzettend dankbaar voor de moeite die trailangels nemen om hikers een handje te helpen. Ik wist nu al dat ik een flinke donatie zou achterlaten voor Nitzy.

Na heerlijk te hebben geslapen in een van de overdekte bedden in Nitzy's achtertuin, was ik weer klaar om op weg te gaan. Zo zet Nitzy ons af bij de trail en begin ik aan mijn etappe naar Big Bear Lake. Hier zal ik mijn eerste echte rustdag nemen, dus dat is zeker iets om naar uit te kijken.
Wil je meer lezen en meer foto's zien van Thomas' avonturen op de Pacific Crest Trail? Je kunt Thomas ook volgen via zijn Polarsteps-account. Dan krijg je vaker én meer foto's van zijn avonturen te zien.












