Hoe ontstaan namen van bergen

Hoe komen bergen en toppen aan hun namen?

Namen van bergen lijken heel normaal. We hebben het over de Kitzsteinhorn, de Matterhorn en de Mont Blanc alsof het de normaalste zaak van de wereld is. Maar heb je je wel eens afgevraagd waar de namen van bergen vandaan komen? We zochten het uit! 

Als we geen bergklimmers hadden gehad, dan hadden we nu waarschijnlijk nog geen uniforme namen voor bergtoppen gehad. De mensen in een dorpje aan de noodkant van een berg, hadden vaak een andere naam voor die berg dan de mensen in een dorp aan de zuidkant van diezelfde berg. En dat leidde vaak tot verwarring. Hoe groot die verwarring kon zijn bleek tot een paar jaar geleden op de grens tussen Duitsland en Oostenrijk. Twee naast elkaar gelegen bergtoppen heetten aan allebei de kanten van de grens Schüsser en Hammerspitze. Maar de berg die in het Duitse Oberstdorf Schütze werd genoemd, heette in Oostenrijk Hammerspitze, en andersom. Zoiets kan uiteraard desastreuze gevolgen met zich meebrengen, vooral bij reddingsoperaties. Sinds 2013 worden deze bergtoppen aan beide kanten van de grens eindelijk hetzelfde genoemd, namelijk Walser Hammerspitze en Oberstdorfer Hammerspitze.

Bergnaamcategorieën

De kwestie over de Hammerspitze is een erg recent voorbeeld van hoe bergen een naam krijgen, maar vaak zijn namen voor bergen al veel ouder. Waar komen die namen dan vandaan? Over het algemeen zijn bergnamen verdeeld in categorieën. Volgens een geleerde van het bergnaamonderzoek in Oostenrijk, Eberhard Kranzmayer (1897-1975), zijn de meeste namen van bergen gebaseerd op vijf hoofdcategorieën. Zo zijn er namen gebaseerd op de natuur. Dan gaat het bijvoorbeeld over de vorm van de berg, of natuurverschijnselen die vaak op en rond de berg te zien zijn. Denk dan bijvoorbeeld aan het weer of aan planten en dieren die veel op de berg voorkomen. Er zijn culturele namen, vaak gebaseerd op hoe de berg gebruikt werd, er zijn eigendomsnamen, vernoemd naar landeigenaren die op de berg woonden. Andere namen zijn gebaseerd op religie of mythes en de laatste categorie zijn namen die ontstaan zijn door geografen, bergbeklimmers en het toerisme. Uiteraard vallen niet alle namen van bergen in deze vijf categorieën. Er zijn wat uitzonderingen. Bijvoorbeeld de Hammerspitze uit het voorbeeld hierboven. at zijn namen die zo recent zijn dat ze eigenlijk niet goed in te delen zijn. 


Geen nieuwtjes, vakantietips of winacties meer missen? Schrijf je in voor onze nieuwsbrief, of volg ons op Facebook


Bergen vernoemd naar de vorm en natuur.

‘Bichel’ komt voor in veel Duitse bergnamen en is een oud-Duits woord voor ‘heuvel’. Voorbeelden hiervan zijn de Hirschbichel in het Ammergebergte of de Sonnenbichl in het Tegernseegebergte.

Het Duitse ‘Wax’ in een bergnaam, zoals Waxenstein, slaat terug op een oud, bijna vergeten Beiers bijvoegelijk naamwoord, wat ‘spits’ of ‘scherp’ betekent.

‘Kamp’ is ook vertegenwoordigd in vele bergnamen. Als ‘Kamp’ - Middelhoogduits voor ‘kam’ - worden vaak bergen genoemd, die bestaan ​​uit een reeks rotspunten en er dus uitzien als een kam. Vanzelfsprekend is dit het geval bij de Kampenwand, maar ook de Ochsen- of Spitzkamp in het Tegernsee-gebergte zijn erop terug te voeren.

Een ‘Kofel’ daarentegen beschrijft een rotsachtige top, vooral in Tirol en Karinthië, zoals de Spitzkofel in Tirol, de Torkofel in Karinthië, of - het uiterste: de Kofel bij Oberammergau.

De ‘Schneid’ komt vaak voor in de Beierse Alpen. Zelfs als het woord vaak wordt geassocieerd met een scherpe rand, beschrijft de ‘Schneid’ meestal een lang uitlopende bergrug zonder opvallend steile zijden. Bekend voorbeeld is Bodenschneid.

De ‘Horn’ of ‘Hörndl’ is meestal een bergtop of licht vooruitstekende bergtop zoals de Ferlacher Horn in Karinthië.

Een ‘nock’ staat voor een kleine verhoging, kleine overwoekerde rotsen of de hoogste top van een berg. Te vinden in Mirnock of Hohem Nock.

De ‘Krottenkopf’ is terug te voeren op het woord ‘Krutt’ of ‘Grutt’, dat steenachtig terrein of rotsachtige bergen beschrijft.

Toppen met de term ‘kogel’ in hun naam hebben meestal een afgeronde punt. Zie bijvoorbeeld Risserkogel, Gamskogel of Latschkogel.

Onderdelen van de naam, zoals ‘Eck’, ‘Horn’, ‘Piz’ of ‘Spitze’ duiden op een scherpe en steile, piramidevormige top. Opvallende voorbeelden zijn de Pfaffeneck, de Kitzsteinhorn, de Piz Bernina of de Alpspitze.

Aiguille, Dent, Cima of Zinne staan ​​meestal voor vrijstaande massieve bergen met verticale onderbrekingen. Dit kun je zien in bijvoorbeeld Aiguille du Dru, Dent Blanche, Cima Bastioni of de Drei Zinnen.

‘Stock’ beschrijft brede en vlakke formaties zonder een uitgesproken hoofdtop; de Brunnistock in Zwitserland is hier een goed voorbeeld van.

Bergnamen op basis weersomstandigheden

Bergnamen kunnen dus ook gebaseerd zijn op weersverschijnselen, vaak spreken die redelijk voor zich. Denk dan aan bijvoorbeeld namen als Wetterstein, Schauerkogel en Nebelstein. Je hebt weinig verbeelding nodig om te bedenken op welke weersverschijnselen die namen gebaseerd zijn. Hetzelfde geldt voor bijvoorbeeld de Schneeberg in Oostenrijk, of de Schneekogel. Maar het kan soms ook iets minder voor de hand liggen. ‘Fern’, zoals bij Gurgler Ferner, is verwant aan ‘firn’ en verwijst het naar oude, bevroren sneeuw van het voorgaande jaar. ‘Kees’ is een oud woord voor ijs en vind je bijvoorbeeld terug in Krimmler Kees of Keeskopf.

Ook minder voor de hand liggend, maar niet minder bijzonder zijn namen die gebaseerd zijn op de stand van de zon. Hier moeten bijvoorbeeld de Zwölferspitz(e) of de Sonnblick worden genoemd. Die zijn vernoemd naar de momenten dat de zon op de bergtop valt, maar vaak moet je wel op een bepaalde plek staan om dat inderdaad te zien. Overigens zijn er niet alleen individuele bergen waarvan de naam verwijst naar de stand van de zon. In Zuid-Tirol staat een heuse "zonnewijzer" met Elfer, Zwölfer, Einserkofel.

Bergen vernoemd naar flora en fauna

Sommige bergnamen bevatten de term ‘tondel’ of ‘zunter’. In het Beierse Alpengebied verwijst dit meestal naar bergdennen, bergen zoals Zunderkopf of Zunter Köpfl vernoemd de bomen op de berghellingen. Dat geldt ook voor bergen met ‘Moos’ ín de naam. Dat heeft overigens wel meer betekenissen, want Moos is zowel Beiers dialect voor heide, als gewoon Duits voor mos. Als je op de kaart kijkt, zie je dat Moos verweven is in namen van verschillende bergen, zie bijvoorbeeld de Hochmoos of de Mooskopf. En dan moet je eigenlijk zelf even de berg op om te kijken of het over mos of over heide gaat.

Natuurlijk zijn er ook veel bergen vernoemd naar dieren die op de hellingen leven. Welke dieren je op de Gamsgrube, Gamskarlspitze en Gamskogel, Hirschenkogel of Hirschberg en Hühnerkogel, kan tegenkomen, laat zich raden. Overigens hebben bergen die vernoemd zijn naar dieren ook een irecte connectie met de jacht. Dat zie je dan weer terug in namen als Jagerkogel.

Cultuur- en eigendomsnamen

Culturele namen ontstonden door het economische gebruik van het gebied en resulteerden meestal in namen die iets zeggen over hoe de berg gebruikt wordt. Namen als Kuhberg, Ochsenkogel of Rosshorn slaan ook terug op koeien-, ossen- en paardenweiden in de buurt. In het geval van de Erzberg, de Goldberggruppe of de Salzberg verwijst de naam naar de - vaak al historische - mijnbouw in de regio. Bergnamen met ‘ries’ (riem) zoals de Hochries of Riesenkopf verwijzen zelden naar de gigantische omvang van de berg, maar eerder naar de zogenaamde ‘houten reus’; een kunstmatige glijbaan voor het transport van boomstammen.

Eigendomsnamen bestaan ​​meestal uit combinaties van plaats- en boerderijnamen. De Villacher Alpe is bijvoorbeeld vernoemd naar de weiderechten van de Villachse boeren, of Hochschwab naar boer Schwab.

Mythische en religieuze namen

Namen als Hochkönig, Kaiserburg en Hochstuhl zijn verankerd in oude folklore tradities. De naam van de Übergossene Alm slaat terug op de legende van het bevriezen van de Hochalm. De bergen van de Karinthische Vierbergelauf, de Magdalenen, Ulrichs, Veits en Lorenzibergs zijn vernoemd naar heiligen of de kerken en kapellen die aan hen zijn gewijd.

Aangeleerde en gegeven namen

Veel bergnamen zijn ook bedacht door bergbeklimmers, of ontstaan door het toerisme. Deze omvatten bijvoorbeeld de Klagenfurter Spitze, genoemd naar de gelijknamige hut, of de Lienzer Dolomieten, die hun naam hebben gekregen van het Lienz-gedeelte van de Alpine Club. Samenstellingen met Hoch- of Groß-, zoals Hochkönig of Großvenediger, werden ook gemaakt om het hoogste punt van een berg aan te duiden.

Meer inspiratie

Opzoek naar de makkelijkste manier om door de bergen te reizen?

Lees hier een stukje berg geschiedenis

Lees hier alle informatie over de vijf hoogste watervallen van de alpenlanden