Wat mag wel en niet in een bivak?
Bivaks hebben iets romantisch. Vaak liggen ze afgelegen en hoog in de bergen, Je hebt er weinig tot geen voorzieningen, dus je moet een beetje kunnen afzien. Maar het is er stil, de uitzichten zijn vaak prachtig en je kunt je er helemaal alleen op de wereld voelen.
Tenminste, dat is het romantische beeld van de meeste bivaks, maar de bivaks in de Alpen worden steeds drukker. En dus is de kans dat je als bergwandelaar een bivak met anderen moet delen steeds groter. En dan is het fijn dat je van elkaar weet wat je kan verwachten, zodat je geen ergernissen veroorzaakt bij de ander. Wat mag er wel en niet?
Wat is een bivak?
Een bivak is eigenlijk een overnachting in het veld. Niet in een uitgebreid kamp of onderkomen, geen tent of gebouw dus, maar een overnachting op een plek waar je enigszins veilig en beschut bent tegen de elementen. Zo’n bivak is soms een pure noodmaatregel: jij of iemand uit je groep kan niet meer verder. Maar soms is een bivak ook gepland, bijvoorbeeld omdat je van tevoren weet dat je voor een deel van je tocht zo veel tijd nodig hebt dat je wel in het veld moet overnachten. Op zo’n moment kun je overnachten in een bivakzak, onder een zeiltje of in een klein tentje, wildkamperen eigenlijk. Maar op veel plekken in de Alpen zijn speciale hutjes voor precies dat doel neergezet: een Biwakschachtel in het Duits.
Biwakschachtels in de Alpen
Maar zo’n gebouwtje is geen berghut. In zo’n gebouwtje staan vaak een paar bedden waar je een slaapzak kan uitrollen en soms vind je er wat kaarsen, noodvoorraden en een kacheltje, maar meestal niet. Vaak ook nog een sneeuwschep en een bezem, en dat was het dan. Geen stromend water of toilet, geen ruime zitgelegenheid om uitgebreid van een drankje en een hapje te genieten en terug te blikken op je tocht. Wel bieden ze naar verhouding veel meer comfort dan je eigen bivakzak. Inmiddels worden steeds meer van die simpele schachtels omgebouwd tot bijzondere schuilhutten die ook nog eens op prachtige plekken liggen, zoals Het Zwitserse Bivouac du Dolent of het Italiaanse Gervasutti bivak.
Waar is zo’n bivak voor bedoeld?
Ondanks dat is zo’n bivak dus niet bedoeld voor uitgebreide overnachtingen. Hoewel je bij het plannen van je tochten gebruik mag maken van een bivak als dat niet anders kan, is het niet de bedoeling om een bivak als berghut te gebruiken. Het is en blijft een noodonderkomen.
Is de afstand tussen twee hutten meer dan je in één dag kan lopen, kijk dan eerst of je niet je route kan verleggen en kijk daarna pas of je gebruik kan maken van een bivak. Bij de Alpenverenigingen kun je informatie vinden over waar je een bivak kan vinden en hoe je daar gebruik van kan maken.
Wat mag je allemaal in een bivak?
- Je mag een bivak gebruiken als tussenstop of noodonderkomen tijdens een (hele) lange bergtocht.
- Moet je naar het toilet? Vaak is er in de buurt een latrineplaats. Hou er wel rekening mee dat zo’n plek niet bedoeld is voor grootschalig gebruik. Gebruik het ‘toilet’ met mate.
- Zorg ervoor dat het als je vertrekt weer net zo netjes is als toen je aankwam. Ruim alles wat je gebruikt hebt, schoon op en neem je afval zelf mee. Er is in een bivak geen afvalophaaldienst. Leave nothing but footprints.
- Bivaks liggen vaak op plaatsen waar het weer onstuimig kan zijn. Let daarop bij het gebruik van deuren en ramen en zorg er bij vertrek voor dat alles goed afgesloten is, zodat de volgende niet bij een bivak vol sneeuw of regenwater aankomt.