In het noorden grenst Lombardije aan Zwitserland, daar liggen de hoge bergmassieven van de Lepontische en Rhaetische Alpen. Beide zones strekken zich uit tot in Zwitserland. De hoogste piek van Lombardije ligt ook op de grens met Zwitserland: de La Spedla van 4020 meter. De Alpen gaan richting het zuiden over in de vruchtbare, maar toeristisch minder interessante Po-vlakte.

Daartussen bevinden zich heuvelachtige streken. Zoals de Franciacorta, ten zuiden van het Iseomeer, beroemd om zijn wijnen. En ten noorden van Milaan ligt Brianza, een vrij dichtbevolkt maar groen gebied waar veel Milanezen in de zomer naar uitwijken. Aan de voet van de Alpen liggen ook vele prachtige oude steden, zoals Bergamo, Brescia en Como.

De bergketens van Lombardije worden doorkruist door twee lange valleien: de noord-zuid georiënteerde Val Camonica, en de grotendeels oost-west georiënteerde Valtellina. De Val Camonica heeft de grootste concentratie rotstekeningen van Europa, die dateren van de steentijd tot de middeleeuwen. De Valtellina is onder meer op culinair gebied interessant, vanwege de productie van kazen en wijnen.

Berninamassief

Ten noorden van de Valtellina ligt het Berninamassief, met de Piz Bernina (4051 m), de meest oostelijke vierduizender van de Alpen. Omdat deze piek officieel aan Zwitserse kant ligt wordt zijn zusje La Spedla tot hoogste berg van Lombardije gerekend. Onder klimmers is de naburige Piz Palü (3912 m) het meest populair. Aan de andere kant van het Berninamassief ligt het Zwitserse Sankt Moritz, dat via de Berninapas niet alleen per auto maar ook per bergtrein te bereiken is.

Stelvio

In het noordoosten van Lombardije, op de grens met de regio Trentino, ligt het Stelvio Nationaal Park, het grootste van Italië. Het omvat de bergketen van de Ortler Alpen, met verschillende pieken boven de 3.500 meter. Veel bijzondere planten en dieren komen hier voor, maar ook cultureel gezien is het gebied interessant. Je vindt er diverse historische dorpjes, kastelen en musea.

In het noorden van dit park, tegen de Zwitserse grens aan, ligt ook de Stelviopas, met zijn 2757 meter de op één na hoogste geasfalteerde bergpas in de Alpen. De weg die hier ligt werd door de presentatoren van het Britse Top Gear uitgeroepen tot ‘greatest driving road in the world’. Ook in de wielerwedstrijd Giro d’Italia speelt de Stelviopas vaak een belangrijke rol. Dan moet deze wel op tijd open zijn, want vanwege sneeuw is de pas een groot deel van het jaar gesloten.

Bergmeren

Naast de bergen is Lombardije vooral beroemd om zijn meren. Bekendste en grootste is het Gardameer op de grens met Trentino, een zeer populaire toeristische bestemming. Het Lago Maggiore aan de andere kant van de regio is omgeven door verschillende bijzondere tuinen. En het Y-vormige Comomeer is al sinds de Romeinse tijd een geliefd toevluchtsoord voor de adel, getuige de talloze villa’s en paleizen langs de oevers.

De ligging tussen de bergen maakt deze meren bijzonder aantrekkelijk. Ze zijn ontstaan tijdens de laatste ijstijd, toen grote gletsjers deze dalen uitdiepten. De bodem van het Comomeer ligt maarliefst 200 meter onder zeeniveau. In totaal is het 400 meter diep en daarmee een van de diepste meren van Europa.

Klimaat

Het klimaat van Lombardije is net zo gevarieerd als het landschap. ’s Zomers kan het in het laagland zeer heet zijn, dan bieden de bergen verkoeling. Boven de 2000 meter wordt het ook in de zuidelijke Alpen niet vaak warmer dan 20 graden. In de dalen kan de temperatuur echter nog flink oplopen. Wie niet van warmte houdt kan Lombardije het beste in september bezoeken, dan zijn de temperaturen lager en valt er weinig regen. Later in de herfst, maar ook in de lente, valt er juist relatief veel neerslag.

Wintersport

Lombardije krijgt normaal gesproken wat minder sneeuw dan andere delen van de Alpen, maar de regio kent ook enkele populaire skigebieden. Zoals Bormio, dat ook bekend is om zijn warmwaterbronnen, en het hooggelegen Livigno (1.816 m). Montecampione is een resort dat bij uitstek geschikt is voor beginners.